Binnen de bebouwde kom is de maximumsnelheid 45 km/uur wanneer op de rijbaan gereden wordt. Binnen de bebouwde kom geldt op een verplicht (brom)fietspad een maximumsnelheid van 30 km/uur.

De belangrijkste gedachte achter deze maximumsnelheden is dat de snelheidsverschillen tussen de diverse voertuigen op de rijbaan en op het (brom)fietspad niet te groot mogen zijn. Zo wordt eventuele irritaties en gevaarlijke situaties (remmen, inhaalmanoeuvres) voorkomen.

Buiten de bebouwde kom geldt op het verplichte (brom)fietspad een maximumsnelheid van 40 km/uur. Op de rijbaan is ook hier de maximumsnelheid 45 km/uur.