Soms is er sprake van zicht belemmerende begroeiing. Over het algemeen is in een 30 km/h zone slechts sprake van zichtbelemmering als de begroeiing dicht bij de rand van de rijbaan komt en zo hoog is dat het verkeer (vanuit een voertuig) er niet overheen kan kijken. Staat de begroeiing op ruime afstand van de rijbaan, dan is er over het algemeen voldoende mogelijkheid, eventueel met aangepaste snelheid, tot aan het kruispunt op te rijden en zo zicht te krijgen op het kruisende verkeer.

Bij hogere snelheden (bijvoorbeeld 50 km/u), kan al eerder sprake zijn van zichtbelemmering. Of er sprake is van zicht belemmerende begroeiing wordt door de verkeerskundige beoordeeld. Indien er sprake is van zicht belemmerende begroeiing, is de eigenaar van de beplanting verplicht deze te snoeien of eventueel te verwijderen.

Indien een muur van bijvoorbeeld een schuur zorgt voor zichtbelemmering, dan dient het verkeer zich in haar gedrag aan te passen aan deze situatie. De gemeente neemt in dergelijke gevallen doorgaans geen maatregelen.