Vindt u het prettig als uw interieur één geheel vormt? Prins Frederik der Nederlanden deed dat vroeger in het groot. Bruggen, dienstwoningen, keermuren, boerderijen, zijn eigen landhuizen: veel bouwkundige elementen op zijn negen landgoederen in Wassenaar kregen dezelfde uitstraling. Dit was mooi én iedereen kon in een oogopslag zien dat ze op het terrein van prins Frederik waren.

De Paauw was het eerste buitenverblijf in Wassenaar dat prins Frederik kocht. Deze aankoop deed hij in het voorjaar van 1838 en hij had erg veel zin om zijn nieuwe huis en park buiten de stad  te leren kennen. In augustus vierde hij er het verjaardagsfeest van zijn vader, koning Willem I. Dat klinkt niet zo verwonderlijk, maar dat was het wel, want de inboedel van de vorige eigenaar stond er nog! Dit meubilair werd pas in december van dat jaar te koop aangeboden; dus al die tijd leefde de prins met andermans spullen om zich heen.  

Expansiedrift

Na De Paauw kocht prins Frederik tot en met 1854 achtereenvolgens nog acht buitenplaatsen: Raaphorst, Ter Horst, Eikenhorst, Backershagen en Groot Haesebroek, inclusief Drie Papegaaien, Wildrust en Het Zwarte Hek. Zijn grondgebied liep daarmee van de Veurseweg in Voorschoten tot aan de duinen en was maar liefst 886 hectare groot. De prins wilde de diversiteit aan gebouwen en natuurschoon verfraaien en samenvoegen tot één geheel. Daarvoor werden veel gebouwen uit verschillende tijden stammen, gemoderniseerd in één stijl.

Hofarchitect Wentzel

Voor de gebouwde onderdelen haalde prins Frederik in 1851 de Duitse architect Hermann Wentzel naar Nederland. De prins kende hem van het Pruisische hof in Berlijn, de plek waar hijzelf was opgegroeid. Twintig jaar lang was Wentzel zijn hofarchitect. Hij begon met het uitbreiden en verfraaien van De Paauw tot een Pruisisch paleis. Als laatste werkte hij aan het vernieuwen van Ter Horst. Hij creëerde eenheid door bestaande elementen aan te passen en nieuwe bruggen en dienstwoningen in steeds dezelfde stijl te bouwen. 

De chaletstijl

Wentzel paste de chaletstijl toe, een romantische bouwstijl die in de negentiende eeuw erg populair was. In die tijd was men namelijk erg gecharmeerd van de ‘onbedorven’ chalets in de berggebieden van bijvoorbeeld Zwitserland. De stijl kenmerkte zich door overstekende daken en uitbundig versierd houtsnijwerk op daklijsten en gevels. De decoraties hadden een patroon van openingen, net zoals kant dat heeft. Dit wordt ook wel ajour- of kantwerk genoemd. Vaak combineerde hij de chaletstijl met andere bouwstijlen tot een eclectisch geheel.

De keermuur

Toen prins Frederik landgoed Backershagen kocht, stond er al een prachtige theekoepel op een hoge, kunstmatig aangelegde heuvel. Deze lag op de route waar de koets langs ging als de prins van Eikenhorst via Backershagen naar De Paauw reed. Maar de heuvel dreigde te verzakken. Daarom liet hij een keermuur aanleggen door Hermann Wentzel. De muur werd sierlijk afgewerkt door een bakstenen leuning met ajourwerk.

Wandel gerust eens naar de keermuur: dan kunt u dit prachtige maaswerk eens van dichtbij bewonderen. En heeft u uitzicht op een ander bijzonder object: de op een schiereiland gelegen hertimage, de grot van een kluizenaar. Dergelijke follies' waren onderdeel van een landschappelijke parkaanleg, waar de wandelaar telkens werd verrast door spannende elementen. De theekoepel wordt tegenwoordig particulier bewoond.

Het schiethuis

Prins Frederik was verzot op de jacht en had een prachtig schiethuis op De Horsten. Het is een pittoresk, achthoekig gebouw, op de rieten kap prijkte fier een fazant. Aan het gebouw zat een glazen galerij. Op 100 meter afstand ervan bevind zich een rail, waar een nep haas of fazant over heen gleed. Vanaf het schiethuis konden prins Frederik en zijn gasten ter oefening en vermaak op het bewegende doel schieten. Vandaag de dag is het schiethuis een theepaviljoen: onder het genot van een drankje kunt u de rijke historie bewonderen. Aan de muur zijn nog de jachttrofeeën en hertengeweien te bewonderen.

Ter Horst

Zoals gezegd was Prins Frederik een enthousiast jager en liet daarom het vervallen Huis ter Horst verbouwen tot een klein jachtslot in neogotische stijl. Architect P.F.W.. Mouton kreeg hiertoe de opdracht. Na een uitputtende jachtpartij streken de prins en zijn gezelschap hier neer om bij te komen van de inspanningen en te genieten van een copieuze maaltijd. De voorgevel heeft iets uit het midden een trapgevel en decoraties boven de deuren en ramen. Overigens heeft hij er niet lang van kunnen genieten; het huis was klaar in 1876 en prins Frederik overleed in 1881.

Om het hele jachtgebied stonden twee meter hoge zuilen met het opschrift: ‘Eigen jagt van ZKH Prins Frederik’. Het kan maar duidelijk zijn!

Ontdek het zelf!

De Parkenroute kent veel gebouwde elementen die stuk voor stuk parels zijn. De voorbeelden hierboven zijn dan ook slechts een tipje van de sluier. Ga er op uit en bewonder de bruggen, dienstwoningen, grenspalen(externe link), landhuizen en wat al niet meer, helemaal zelf!